Geist staat bekend als first person shooter, maar is het dat eigenlijk wel? Nou, eigenlijk slechts ten dele. Je bent inderdaad voor een procent of 40 bezig met schieten, maar waar wordt de rest van de tijd dan mee gevuld? In deze review zetten we het voor je op een rijtje.
Als mens ben je natuurlijk kwetsbaar en heb je med. kits nodig om je gezondheid op peil te houden. Gedurende de hele game liggen deze goed verspreid, hoewel ik soms het idee had dat ze er wel heel gul in waren. Omdat het spel maar één moeilijkheidsgraad kent was dit ook niet anders in te stellen.
Ben je echter in de rol van een geest dan is dit ook niet geheel zonder zorgen. Langzaam neemt de gezondheid ook hiervan af, maar deze is weer bij te vullen met plantjes die je her en der zult tegen komen. Dit zal echter vrijwel nooit nodig zijn omdat je het grootste deel van de game in de huid van een ander doorbrengt. Toch vond N-Space het belangrijk om ghost collectibles door de levels heen te verspreiden, waarmee je energiebalk van je geestelijke gedaante verlengd wordt. Deze ghost collectibles komen voorbij in groene doorzichtige beertjes die vaak goed verborgen liggen. Als geest zijn deze redelijk goed zichtbaar, als mens een stuk lastiger.
Als een rat in de val
Zoals ik in de kop al aangaf is de game voor ongeveer 40% een first person shooter te noemen. De rest van de tijd ben je bezig om door levels te komen, gebruik makend van verschillende gedaanten en af en toe een puzzeltje op te lossen.
Deze 40% bestaat uit shooter elementen die redelijk goed zijn uitgewerkt. Later in de game kun je de tijd ook vertragen om het in je voordeel te gebruiken, iets wat voor een leuke afwisseling zorgt. De AI van de tegenstander is echter dramatisch te noemen. In het begin blijven ze gewoon stilstaan en kan je ze vanachter een hoekje makkelijk neerknallen. Zo moest ik op een gegeven moment door een gebouwencomplex heen als onderdeel van een test. Op vrijwel elke hoek stond een bewaker welke ik neer moest schieten. Dit is echter wel heel eenvoudig wanneer deze niets terugdoet. Kies een hoekje uit waarbij je de bewaker net in het vizier hebt en begin te schieten. De tegenstander doet vervolgens helemaal niets, afgezien van dood neervallen natuurlijk. Hij zoekt geen dekking, hij komt niet op je af, hij laat zich simpelweg afknallen.
Later in het spel gaat dit op een andere manier die echter niet beter te noemen is. In plaats van stilstaan rent de tegenstander nu gewoon recht op je af. Natuurlijk schieten ze wel, maar ze lopen ook recht in jouw vuurlinie. De omgekeerde wereld van het stilstaan dus, maar beide zijn dramatisch te noemen. Tel daar nog eens bij op dat je unlimited ammo hebt (je zult wel moeten herladen, maar je kogels raken nooit op) en het is allemaal niet erg moeilijk te noemen. De eindbazen bieden iets meer tegenstand, maar ook daar wordt het nergens echt moeilijk. Zo had ik op een gegeven moment een eindbaas waarbij ik gewoon in een hoekje kon staan en hem af kon knallen zonder dat hij mij raakte. Dit soort elementen maken de game wel erg slordig en het was dan ook niet al te moeilijk om hem uit te spelen.
Eén van de vele eindbazen die het spel rijk is
|