Met Bioshock ontwikkelde Irritional Games een titel die bij vele gamers met een mooie plek in het geheugen is gegrift. Verwonderlijk is het dan ook niet dat een sequel binnenkort uitkomt. 2K Marin ontwikkelt namelijk Bioshock 2 welke op 9 februari zal releasen.
Het succes van Fontaine zorgde ervoor dat hij Fontaine Futuristics oprichtte. Hij beheerste elke stap in de productie van ADAM en werd daardoor één van de rijkste en machtigste mannen in de stad. Hij zette zich ook in voor de armen. Naarmate de tijd verstreek werden de verschillen tussen rijk en arm steeds groter. Dat leverden de nodige spanningen op. De armen waren namelijk ooit rijkeluiszoontjes die even dachten Tycoons in Rapture te worden, niet begrijpend dat zoals Fontaine scherp opmerkte 'iemand toch het toilet moest schoonmaken'. Pauper's Drop verrees - zonder medeweten van Ryan - voor deze onvrijwillige arbeidsklasse. Fontaine richtten daarop zijn eigen Home for the Poor op, een district waarin de armste mensen zich goedkoop konden huisvesten. De zakenman had echter geen goede bedoelingen. Met zijn hulp wilde hij een leger oprichten om Rapture definitief naar zijn hand te zetten.
Fontaine’s snelle opmars merkte ook Ryan op. Er ontstond een gespannen situatie tussen de twee en Fontaine zou uiteindelijk omgebracht worden door Ryan’s mannen. Althans, zo leek het. Fontaine zette zijn eigen dood in scène om zo de burgers sympathie voor hem op te laten wekken en Ryan de valse hoop te geven dat hij dood was. Hij herrees als Atlas, een vrijheidsvechter die de basis vestigde voor een oorlog tegen Ryan. Onder een zwaar Iers accent wist hij de arbeidersklasse op te jutten. Op den duur schakelde Ryan zelfs alle duikersklokken uit, zodat niemand Rapture meer in of uit kon gaan, behalve hijzelf.
Een gebrek aan beperkingen, sociale spanningen én een overdosis aan Plasmids zorgden dat de bevolking van Rapture helemaal over zijn toeren ging. Op 31 december 1958, oudejaarsavond, barstte de bom. Onder leiding van Atlas kwam de arbeidersklasse in opstand - voornamelijk op plekken waar de rijkelui zich verzamelden. Het Kashmir restaurant was een van de eerste doelwitten. De burgeroorlog tussen Atlas en Ryan was een feit, voornamelijk om aan de steeds groter wordende behoefte aan ADAM te voldoen. Het conflict duurde ongeveer vier maanden en maakte de samenleving in Rapture totaal kapot. Aan het eind van de periode waren de burgers helemaal doorgedraaid en in Splicers veranderd. Deze vermoorden iedereen die zich niet aan ADAM had gewaagd. Veel van hen die de slachting overleefden pleegden zelfmoord.
Het leven in Rapture was veranderd in overleven. Voedsel werd een schaars goed, evenals ammunitie, EVE en geld. Vooral het laatste werd een gewild goed, want verkoopautomaten als de Circus of Values en El Ammo Bandito waren de enige manieren om aan deze goederen te komen. Het is niet bekend wanneer deze machines hun eerste verschijning maakten, maar het ligt voor de hand dat ze voor de burgeroorlog gewone levensmiddelen verkochten. Met de komst van deze oorlog zijn de automaten ook flink verstevigd, waardoor er niets uit gestolen kon worden. Hacken lukte nog wel, waardoor je flinke kortingen kon krijgen op producten.
De stad Rapture is in een periode van nog geen vijftien jaar van een waar Utopia in het toonbeeld van ondergang veranderd. Het leven in Rapture werd ondertussen steeds zwaarder. De zoon van Ryan bracht zowel Ryan als Atlas om en nam de Little Sisters bij vertrek uit Rapture mee. Ondertussen stroomt Rapture vol met water - enkel de Big Daddy's hielden de stad nog bij elkaar - en zorgt het gebrek aan ADAM ervoor dat splicers nog zwaarder muteerden. Rapture gaat ten onder en er is geen weg meer terug. Hoewel?
In 1967 komen er langs de Atlantische kust veel meldingen binnen van ontvoeringen van kleine meisjes. De ontvoerster had vrouwelijke contouren, was lang en liep in een duikerspak. Zou dit te maken kunnen hebben met Rapture? Zou de stad nog in leven zijn? Dat is aan jou om te ontdekken in Bioshock 2 die op 9 februari aanstaande verschijnt op Xbox 360, PlayStation 3 en PC.
|
