Met de Burnout serie bewijst Criterion maar weer eens dat je met een echt goed uitgewerkte franchise binnen no-time de best verkopende games van het moment in bezit hebt. Ik heb het natuurlijk over de Burnout reeks, een succesverhaal waar nog geen eind aan lijkt te komen.
Na delen op de consoles was de Playstation Portable aan de beurt voor een Burnout game. Criterion zag in dat de PSP genoeg in zijn mars had om het Burnout concept goed weer te geven en besloot tot ontwikkeling van Burnout Legends, een compilatie van de eerste drie delen van de serie. Zo vinden we auto's, tracks en gameplay modes uit alle drie voorgaande delen terug.
De kracht van Burnout is natuurlijk de snelheid, de crashes en de heerlijk soepele, no-nonsense besturing van de auto's. De nitro boost maakt alles nog wat sneller en actievoller en sinds de laatste delen is het "gevecht op de weg" ook een belangrijke factor geworden.
Waarschijnlijk zullen de meeste van jullie al wel eens een Burnout game gespeeld hebben, dus ik ga het komende deel van de review iets anders benaderen dan anders. Wat zijn nou de mooiste Burnout momenten?
Allereerst de goed getimede boost. Een boost die je op het goede moment inzet en zonder brokken weet af te maken geeft een heerlijk gevoel. Je zoeft het verkeer met een noodgang voorbij en probeert zo weinig mogelijk schrammen te maken. Ook je tegenstanders laat je even goed naar je achterkant kijken terwijl je wat plaatsen wint. Wat ik jammer vind aan de recentere Burnout games, zo ook Burnout Legends, is het verdwijnen van de climax van de boost. Je kon in de eerdere delen je boost één keer gebruiken waarna je hem weer helemaal moest opladen voor je hem weer kon gebruiken. Gebruikte je je hele boost niet? Jammer, maar je kon opnieuw beginnen. Dit maakte de game wat tactischer en de boost specialer dan het constante geboost dat in de recentere Burnout games zit.
|