Ontwikkelaar Arkane Studios wist in 2012 veel indruk te maken met Dishonored en ook diens sequel scoorde goed. Het zorgde voor hoge verwachtingen bij Prey, een game die – afgezien van de naam – op geen enkele wijze verbonden is aan de titel die in 2006 verscheen. Deze verwachtingen weten ze, ondanks enkele kleine kritieken, gelukkig in te lossen.
In Prey spelen we als Morgan Yu en het is aan de speler of dit een mannelijk of vrouwelijk personage betreft, iets wat voor het verhaal op het ruimteschip Talos-1 verder geen invloed heeft. In het jaar 2032 pleeg je hoog boven de aarde onderzoek naar Typhon, aliens die gelukkig opgesloten zitten en vooral dienen voor onderzoek. Je doel is om hun speciale kwaliteiten te kopiëren naar de mens. Deze zogeheten Neuromods moeten de mensheid versterken en uiteraard duurt het niet lang voordat het helemaal fout gaat. Dit begin kun je ook meekrijgen in de gratis demo en gelukkig is dit slechts een klein voorproefje van een groter geheel. Het is de ontwikkelaar ook te prijzen dat er veel aandacht is uitgegaan naar een verdere verdieping van het bovenstaande. Wanneer je de tijd neemt om notities, boeken, e-mails en audiobestanden te lezen en te beluisteren kun je nog veel meer informatie tot je nemen dan de hoofdlijnen die je worden aangereikt. Geenszins vormt het een verplichting, maar de mogelijkheid is er.
Talos-1 is een interessante en gevaarlijke plek om te verkennen. De gevarieerde omgevingen nodigen uit om ontdekt te worden en het is aan de speler in welk tempo hij dit wil doen. Niet alles is echter direct bereikbaar, hoewel er tegelijkertijd een grote mate aan vrijheid is in hoe je situaties op kan lossen. Een gesloten deur kan met een code worden ontgrendeld, je kunt met bruut geweld een doorgang forceren of via de luchtschachten proberen naar binnen te dringen. Met een ruimtepak is het zelfs mogelijk om tripjes buiten het ruimtestation te maken, hetgeen het gevoel van exploratie alleen nog maar verder vergroot. Deze verkenning staat ook centraal bij het vinden van je doelen. De game vertelt je weliswaar op welke locatie je iets moet vinden, het neemt je niet bij de hand om er ook te komen. Op een enkel moment zorgt dit voor wat frustratie, toch vergroot het de mate van ontdekking.
Verwacht overigens niet dat je rond kunt rennen zonder enige tegenstand. Met name de Mimics kom je veelvuldig tegen. Deze vorm van Typhon hebben de unieke gave om zich te vermommen als alledaagse objecten. Hierdoor is een koffiekopje of bureaustoel ineens verdacht en wantrouw je ieder stuk simpel meubilair. Gelukkig sta je niet geheel machteloos. Je kunt altijd terugvallen op een moersleutel, GLOO Canon waarmee je vijanden vast kunt zetten of Q-Beam die ze uit elkaar laat spatten. Toch is Prey geen pure shooter. Daarvoor zijn je wapens en munitie te schaars. Slim spelen is dan ook het advies, alsmede het maken van keuzes. Bijvoorbeeld bij de eerder genoemde Neuromods die de speler op zichzelf kan betrekken en je in staat stellen om je kwaliteiten te verbeteren. Dit kan op menselijk vlak in kwaliteiten die veelal bekende kost zijn binnen het genre. Te denken valt aan meer health, het verbeteren van je hacking kwaliteiten of zwaardere dingen kunnen tillen. Anderzijds zijn er de kwaliteiten van de Typhon om je leven te vergemakkelijken. Je kunt bijvoorbeeld een schild oproepen om je tijdelijk tegen vijanden te wapenen of vijanden voor je laten vechten. Er is echter wel één groot gevaar; gebruik teveel Neuromods aan de Typhon zijde en Talos-1 kan zich weleens tegen je gaan keren.
Het kiezen van de juiste kwaliteiten zorgt voor de nodige kopzorgen omdat je nooit genoeg Neuromods hebt om alles vrij te kunnen spelen. Uiteraard wil je er wel zoveel mogelijk vergaren en dus ben je voortdurend op zoek naar materialen die je kunt recyclen. Van de meest kleine, onbenullige items tot de grotere materialen; je probeert zoveel mogelijk mee te krijgen en te benutten. Heb je ook nog eens bijbehorende blauwdrukken gevonden dan kun je deze materialen ook omzetten in nuttigheden als health of munitie. Nu klinkt het 'stofzuigeren' naar materialen als een oninteressante bezigheid, toch was het tegenovergestelde waar. Iedere ruimte werd nauwkeurig onderzocht op zoek naar informatie voor het verhaal en nuttigheden die gerecycled konden worden. Het maakte de schrik soms des te groter als er ineens een Mimic tevoorschijn sprong. Iets minder enthousiast was ik over het einde van de game. Alhier worden de vijanden minder mysterieus en worden ze vooral gekenmerkt door hun sterkte. Een stijlbreuk met eerder in de game en een minder interessant uitgangspunt.
Op technisch vlak is Prey niet de perfecte game. Hoewel de omgevingen indruk maken en het geluid prima verzorgd is heeft het te kampen met de nodige bugs. Van objecten die plotsklaps verdwijnen tot Typhon die blijven steken in een muur. Sommige bugs zijn onschuldig, anderen irritant. Gelukkig maakt de game veelvuldig gebruik van Quick Saves zodat je bij een eventuele herkansing nooit te ver terug zult worden geplaatst. Dit, in combinatie met de in de alinea hierboven beschreven moeilijkheidspieken, zijn gelukkig spaarzame smetjes op een verder heerlijke game.
|